Van spuuglelijk tot prachtig: mijn weefavontuur |
Heb je garens in je voorraad die je onaantrekkelijk vindt of waarvan je gewoonweg niet weet wat je ermee moet doen? Gooi ze niet weg! Of bewaar in ieder geval één streng of bol voor een unieke uitdaging. Na het lezen van mijn verhaal, zul je misschien geïnspireerd zijn om er iets mee te maken.
Laat me je meenemen in mijn weefavontuur met de lelijkste schering die ik ooit heb beschilderd. Zoals je wellicht weet, beschilder ik zijdescheringen voor weefpakketten om andere wevers te helpen hun eerste stappen te zetten in het weven met zijde. Een aantal jaren geleden beschilderde ik regelmatig zijdescheringen op bestelling, gebaseerd op een lijst met kleuren van de klant.Eens werd ik gevraagd om een schering te beschilderen met een combinatie van meerdere bruintinten, en wat paars en wit. Nadat ik deze kleuren in gelijke hoeveelheden op de schering had aanbracht, had ik het gevoel dat het resultaat mijn klant niet zou bevallen. Ik liet het zien en bood meteen aan om een nieuwe schering te beschilderen, met meer wit en paars en minder bruin. De klant stemde toe en de tweede schering was een succes. De eerste bleef achter.
Mijn eerste gedachte over de voornamelijk bruine schering was: “Dit wil niemand, het is spuuglelijk, ik moet het weggooien.” Maar het was zijde, veel te kostbaar om zomaar weg te gooien. De schering bleef een tijdje op een plank liggen, totdat een handwerkvriendin me erop wees dat haar minder geliefde brei- en haakprojecten vaak toch kopers vonden. Ze moedigde mij aan om hem te koop te zetten.
Een beetje twijfelend nam ik de stappen die ik altijd neem om een beschilderde schering te verkopen: foto’s maken en bewerken ging nog wel, maar een naam bedenken? Dat bleek een uitdaging. Elke schering die ik beschilder krijgt een unieke naam, maar met al dat bruin kon ik alleen maar aan “50 tinten diarree” denken. De schering ging terug op de plank.
Omdat ik het zonde vond de kostbare zijde ongebruikt te laten, besloot ik mezelf uit te dagen om er iets mee te weven. Ik ging me in de Munsell-kleurtheorie verdiepen en ook terug naar mijn medische boeken om mijn kennis over de verbinding tussen het menselijk oog en de hersenen te verversen. Daarna legde ik de schering naast mijn voorraad effen zijdegarens en probeerde ik verschillende combinaties uit. Zo heb ik een aantal mogelijke opties kunnen selecteren. Uiteindelijk koos ik voor lavendelblauw als inslag en een rustig golvend keperpatroon dat goed werkt bij beschilderde scheringen. Werken op deze manier zonder verwachtingen gaf me een ongekende creatieve vrijheid.
De uiteindelijke sjaal was verbluffend mooi geworden en werd mijn best verkochte sjaal tot nu toe. Dit succesverhaal moedigde me aan om in de jaren hierna door te gaan met experimenteren. Af en toe vroeg ik klanten om te stemmen op hun favoriete beschilderde zijdescheringen in mijn assortiment. De scheringen die niemand mooi vond haalde ik uit de winkel en daar weefde ik zelf iets mee. Steeds weer bleken deze sjaals ontzettend populair op markten en klanten wilden juist die “lelijke” scheringen kopen om precies die sjaals na te maken.
Wat ik hiervan heb geleerd na jarenlang experimenteren is dat er geen lelijke garens bestaan; het draait allemaal om de juiste combinatie. Elke kleur kan een partner vinden om een onverwachte harmonie te creëren. Kleuren die je misschien niet mooi vindt, kunnen een prachtige aanvulling zijn op je favoriete en nieuwe dimensies toevoegen aan je werk. Kleuren weerspiegelen onze gevoelens en voorkeuren, en door te werken met een kleur die je minder aantrekkelijk vindt, omarm je een deel van jezelf dat minder vertrouwd aanvoelt.
Hierbij helpt het enorm om specifieke kennis te hebben over de werking van het menselijke oog en van de Munsell-kleurtheorie. Deze komt niet ter vervanging van andere kleurtheorieën maar het verrijkt jouw eerdere kennis over kleuren. Je kan jouw ogen en hersenen namelijk trainen om de kleur op een volledigere manier waar te nemen dan wat we normaal in het dagelijkse leven doen. En het allermooiste hiervan is, dat deze kennis niet beperkend werkt, maar juist meer mogelijkheden geeft. Het wordt mogelijk om mooie weefsels te maken met meer dan jouw favoriete kleuren, en zelfs met die “lelijke” garens die ongeliefd achter in de kast liggen kun je mooie weefsels ontwerpen.
De ervaring en kennis die ik hiermee heb opgedaan deel ik graag met andere wevers. Voor dit doel heb ik de cursus “Textile design with painted warps” in elkaar gezet. In één weekend leer je hoe je je hersenen kunt trainen om alle belangrijke kleureigenschappen waar te nemen en hoe je bijzondere, verbluffende kleurcombinaties maakt in jouw weefsel. We werken met beschilderde scheringen omdat deze moeilijker te combineren zijn met inslagkleuren en weefpatronen dan effen scheringen. Als het je met een beschilderde schering lukt kun je daarna met alle kleurcombinaties werken!
Spreekt dit jou aan? Dan boek gauw deze workshop in juli!
De volgende geef ik pas in 2025 weer.